Nog steeds grote verschillen tussen werknemers met en zonder cao
In het eerste kwartaal van 2025 is het modaal salaris in Nederland gestegen naar € 3.458,06, een toename van 3,5% ten opzichte van eind 2024. Er zijn nog steeds grote verschillen tussen werknemers mét en zonder cao, hoewel de lonen wel naar elkaar toe lijken te groeien. Dat blijkt uit de nieuwste loonindex van Van Spaendonck, gebaseerd op meer dan 1,2 miljoen geanonimiseerde loonstroken per maand van 145.000 Nederlandse bedrijven.
Werkgevers blijven daarmee investeren in hun personeel, ondanks economische onzekerheden en inflatiedruk. De stijging past bovendien in een bredere trend: sinds 2018 is het modale salaris met 28,7% toegenomen.
Sterke loonstijging in eerste kwartaal
De loonstijging van 3,5% is een sterke toename ten opzichte van beperkte stijgingen in Q3 2024 (1,17%) en Q4 2024 (1,4%). Het is gebruikelijk dat de loonstijging in het eerste kwartaal hoger is, aangezien veel loonstijgingen per 1 januari worden doorgevoerd.
Loonstijging binnen cao groeit harder dan buiten cao
Ongeveer 70% van alle medewerkers in Nederland valt onder een cao. Een groeiend percentage medewerkers vallen onder bedrijfseigen regelingen. In dit onderzoek zijn salarissen van beide groepen werknemers meegenomen.
Opvallend is het verschil tussen werknemers mét en zonder cao. Werknemers met cao zagen hun maandloon sinds 2018 met 34,6% toenemen. Voor werknemers zonder cao, bleef de stijging steken op 28,8%. Het modale salaris van werknemers zonder cao is desondanks nog wel ruim 15% hoger dan dat van werknemers met cao.
Loonkloof in salaris krimpt langzaam
Hoewel mannen nog steeds gemiddeld meer verdienen dan vrouwen, begint de kloof langzaam te dichten. Sinds 2018 is het gemiddelde maandsalaris van mannen met 31,7% gestegen, terwijl vrouwen een sterkere toename zagen van 35,4%. De achterstand is er nog, maar vrouwen lijken in opmars. De cijfers tonen aan dat beleidsmaatregelen, maatschappelijke druk en toenemende aandacht voor gelijkheid hun vruchten beginnen af te werpen.
Grote regionale verschillen in salaris: Randstad blijft koploper
Waar je woont, maakt nog altijd een groot verschil in wat je verdient. De hoogste modale lonen werden in Q1 2025 genoteerd in Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland, met maandlonen van respectievelijk €3.639,28, €3611,11 en €3600,00.
Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich Zeeland, Groningen en Limburg, waar het modale salaris varieert van €3.176,13 tot €3.272,58. In Limburg zijn de lonen met 4,6% wel sterker gestegen dan in Zeeland (3,9%) en Groningen (2,5%).
Populaire functies en cao’s met de sterkste loonstijging
Net als in Q4 2024 vinden zien we bij supervisors (11,4%) en salesfuncties (10,3%) de hoogste salarisstijgingen. Financemedewerkers komen met een salarisstijging van 10,8% voor het eerst binnen in de top 3.
Ook binnen de cao’s zijn er duidelijke uitschieters. Werknemers onder de cao voor onderzoeksinstellingen zagen hun salaris met 13,9% toenemen. De cao’s van het bioscoopbedrijf (13,4%) en de sector open teelten (13,3%) kenden eveneens forse stijgingen.
Loonontwikkelingen blijven meebewegen met arbeidsmarkt
De cijfers over het eerste kwartaal van 2025 laten zien dat de Nederlandse arbeidsmarkt volop in beweging blijft.
Jade Karthaus van Van Spaendonck: “Voor ondernemers is het zaak om een evenwicht te vinden. Aan de ene kant moeten ze concurrerende salarissen bieden om talent aan te trekken en te behouden. Aan de andere kant moet de bedrijfsvoering gezond blijven. Het opbouwen van een transparant salarishuis met duidelijke structuren helpt hierbij. Door gebruik te maken van actuele data en benchmarks kunnen ondernemers gefundeerde beslissingen nemen over hun salarisbeleid.”
